"Gewoon zodat u het weet ben ik buitenlander, niet slordig"
Af te toe schrijf ik een werk-e-mail in het Zweeds, mijn moedertaal. Dan realiseer ik me hoe makkelijk dat is; ik kan net zo goed schrijven als elke ander journalist!
Dat klinkt als een normale situatie, maar dat is tegenwoordig niet het geval voor mij. Het besef dat dat jaren ook voor mij normaal was, is soms demotiverend. Tegenwoordig zijn de meeste van mijn werk-e-mails natuurlijk in het Nederlands. Er is altijd een risico dat ik een taalfout of twee maak in een tekst. Ik weet zelf hoe ik reageer op Zweden die niet kunnen schrijven. Een grammatica- of taalfout en je zegt dat je journalist bent? Oké, maar dan kan ik je niet serieus nemen. Slordig met de taal én ook slecht opgeleid.
Dat ik taalfouten maak omdat ik pas drie jaar in Nederland woon en niet omdat ik ongeschoold zou zijn, dat kan een nieuw contact via de e-mail natuurlijk niet weten. Dat mijn achternaam er buitenlands uitziet is geen garantie. Er is ook niemand die de tijd heeft om 14 keer per dag mijn berichten te corrigeren voordat ik iets opstuur.
De oplossing: In elk geschreven bericht probeer ik op een hele soepele manier duidelijk te maken dat eventuele taalfouten komen doordat ik buitenlander ben. Niet doordat ik een slecht opgeleide journalist zou zijn.
Het voelt zo geforceerd, altijd. Alsof ik mijn bestaan keer op keer opnieuw moet disclaimen. Soms ook door links mee te sturen naar een paar van mijn artikelen bij de beste opdrachtgevers. "Kijk, ik kan dit!" Is dit de definitie van pathetisch?
Contact leggen via de telefoon voelt al minder erg. Mensen horen dat je buitenlander bent en niet een nep-journalist. Sommige zijn soms zelfs nieuwsgierig en geven je complimenten dat je de taal "zo goed" spreekt.
Taalfouten snijden als een mes door het netvlies als ze op schrift staan. Misschien zegt die stelling meer over mij als perfectionist dan over het oordeel van anderen.
Ik vraag me altijd af hoe het overkomt, die geforceerde pogingen om anderen op een soepele manier te informeren over mijn land van afkomst. En hoe erg het zou zijn als ik daarmee zou stoppen. Hierover zal ik de e-mailontvangers nooit kunnen vragen. Daar ben ik niet egocentrisch genoeg voor. Deze blogpost is al ver genoeg gegaan in dat opzicht.